Kebun Raya werd in 1817 aangelegd om planten, bomen en gewassen, deels afkomstig uit andere landen, aan te planten en te onderzoeken of ze verder gekweekt konden worden voor economische exploitatie op Java. Daarmee stond de tuin aan de basis van de ecologische verwoesting, veroorzaakt van door de grootschalige aanleg van plantages niet alleen op Java, maar ook op Sumatra en Kalimantan. In dit wereldverhaal zie je hoe deze hedendaagse Indonesische kunstenaar de steeds veranderende rol van deze hortus in zijn schilderij heeft vormgegeven. Van koloniale proeftuin naar bewaker van biodiversiteit.
De botanische tuin Kebun Raya in Bogor
In 2020 kocht het Wereldmuseum een werk van de Indonesische kunstenaar Zico Albaiquni, waarin hij zijn visie op de beroemde botanische tuin Kebun Raya in Bogor verbeeldt in fluorescerende kleuren.
Zico Albaiquni (1987) maakte het schilderij Ruwatan Tanah Air Beta, Reciting Rites in its Sites voor de tentoonstelling On the nature of Botanical Gardens. Het werk reflecteert op de geschiedenis van de Kebun Raya Bogor, West-Java, de oudste botanische tuin van Zuidoost Azië en het koloniale verleden. Het door ons aangekochte schilderij is binnenkort te zien in de tentoonstelling Onze Koloniale Erfenis die in juni 2022 in het Tropenmuseum opent. Zico gebruikte foto’s en een schilderij uit onze collectie als inspiratiebron. Hij kijkt naar praktijken en verhalen uit het verleden van de tuin en linkt die aan het heden, en geeft zo zijn interpretatie op de steeds veranderende rol van de tuin.
Terug in de tijd
In 1817 richtte Caspar Georg Carl Reinwardt 's Lands Plantentuin te Buitenzorg op. De tuin ligt in de huidige grote stad Bogor in Java en is de oudste botanische tuin in Zuidoost-Azië. Door het daar heersende bergklimaat was het een zeer geschikte plek om er allerlei planten- en boomsoorten te laten groeien. Doel van de tuin was enerzijds om er planten te telen, maar ook om te onderzoeken hoe gewassen, zoals koffie, rubber en kina het beste groeiden en een optimale productie leverden. Zo werd het een proeftuin van belang voor het koloniale project.
De directie onderhield contacten met botanici, wetenschappers en bestuurders wereldwijd, die nieuwe gewassen stuurden. De Hortus Botanicus in Leiden was hier nauw bij betrokken. Sommige van deze gewassen sloegen aan, andere niet. Zo werden er in 1848 oliepalmstekken opgestuurd uit Bourbon of Mauritius, die het begin vormden van de aanplant op Java.
Zico heeft een foto van de oliepalmen rechts op zijn schilderij verwerkt. In de koloniale tijd was de aanplant beperkt; tegenwoordig zijn reusachtige delen oerwoud in Noord-Sumatra en Kalimantan vervangen door oliepalmplantages met een verwoestende uitwerking op de natuur en leefomgeving van flora, fauna en de mens. Niet lang daarna werd in de tuin tabak uitgeprobeerd, wat het begin was van de latere tabaksplantages in Noord-Sumatra.
Spirituele grond
De locatie van de tuin is niet toevallig. Volgens Javaanse overleveringen was hier al in de vijftiende eeuw een aangelegde bos van een vorst van West-Java, dat later niet meer onderhouden werd. Deze Indo-Javaanse beeldengroep verwijst naar dat verre verleden en spiritualiteit. Foto’s uit onze collectie laten zien hoe die beeldengroep er in de 19e eeuw stond. Een inscriptie op een grote steen maakt melding van een vijver in de buurt.
De hortus grenst aan de tuin (28 hectare) van het presidentieel paleis, waarin gedurende de koloniale tijd de Nederlandse gouverneurs-generaal verbleven. Niet ver daarvandaan ligt een begraafplaats met Hollandse graven uit de 19e eeuw in een bamboebos. Het ruisen van de bamboe zou de geesten van de overledenen rustig en gelukkig houden. De begraafplaats is door de beroemde Indonesische schilder Raden Saleh geschilderd en is rechts in het werk van Zico rechts terug te zien.
‘Ter lering en vermaak’
Dat de tuin, waarin de stadsbewoners van Bogor en Jakarta vandaag de dag een moment van ontspanning in de frisse lucht vinden, al in het midden van de 20ste eeuw een plek was om te leren en spelen zie je op de foto hieronder van een groepje schoolkinderen uit de jaren ’30, die ook op Zico’s werk dansend terug te zien zijn.
Zes jaar nadat Soekarno en Hatta de Indonesische onafhankelijkheid uitriepen werd de Indonesische hoogleraar Kusnoto Setyodiwirjo in 1951 de nieuwe directeur en veranderde de naam in Kebun Raya Bogor.
De figuur van Soekarno, door Zicco in het midden in het midden in een paviljoen afgebeeld, staat voor die omslag. Latere directeuren van de tuin verzamelden nog meer planten en gewassen en onder hen werden onderzoekslaboratoria en kassen gebouwd.
Bewaker van biodiversiteit
Botanische tuinen richtten zich vanaf de 19e eeuw vooral ook op het opbouwen van collecties, classificeren van soorten en uitwisselen van zaden en stekjes, maar ook op behoud van soortenrijkdom, onderzoek en experiment. Kebun Raya Bogor is vandaag de dag een belangrijk internationaal instituut voor wetenschappelijk onderzoek en behoud van biodiversiteit. Botanische tuinen planten ook zaden en stekjes van bedreigde soorten terug in hun oorspronkelijke omgeving.
Wereldwijde bewustwording
In de 21e eeuw zijn conservering, onderzoek en educatie alleen maar crucialer en urgenter geworden. Door klimaatverandering, overexploitatie en destructie van de grond en haar grondstoffen, milieuvervuiling, verstedelijking en industrialisatie wordt een derde van de soorten met uitsterven bedreigd. Educatieve programma’s kunnen helpen mensen meer bewust te maken van hoe we onze planeet aantasten, de flora en fauna bedreigen in haar biodiversiteit en voortbestaan. Botanische tuinen werken daartoe samen in een wereldwijd netwerk.